Jan Vekemans - Jacob Cool - 1608-4-23

From Fina Wiki


Jan Vekemans, Antwerp

Jan Vekemans - Jacob Cool - 1608-4-23
FINA IDUnique ID of the page  817
InstitutionName of Institution. Leiden, Universiteitsbibliotheek
InventoryInventory number. MS BPL 2755
AuthorAuthor of the document. Jan Vekemans
RecipientRecipient of the correspondence. Jacob Cool
Correspondence dateDate when the correspondence was written: day - month - year . April 23, 1608
PlacePlace of publication of the book, composition of the document or institution. Antwerp 51° 13' 16.00" N, 4° 23' 58.96" E
Associated personsNames of Persons who are mentioned in the annotation. Abraham Ortelius
LiteratureReference to literature. Hessels 1887, no. 347, p. 820-8231, Scheller 1978, p. 402, Callataÿ 2017, p. 125, n° 185.3
KeywordNumismatic Keywords  Local Finds , Mespelaere , Roman , Antoninus Pius , Lucius Verus , Marcus Aurelius , Price
LanguageLanguage of the correspondence Dutch
External LinkLink to external information, e.g. Wikpedia  https://www.academia.edu/34630611/2017 Glory and misery of Belgian numismatics from the 16th to the 18th c
Map
Loading map...
You can move or zoom the map to explore other correspondence!
Grand documentOriginal passage from the "Grand document".

23 Apr. 1608 (from Anvers): “Over 14 dagen hebbe ick occasie gehadt te passeren by Dendermonde in Vlaenderen ontrent een dorp genaempt Mespelaere alwaer sekeren pott met gouwe medalien zyn gevonden van Antoninus Pius, Marcus Aurelius, Lucius Verus, ende meer andere ; ick hebbe tot op de plaatse gegaen : ende gesproecken den boer die de selve gevonden hadde met naeme Caerel van Houwen die my de plaetse getoont heeft daer hy den scatt ontgraven hadde ; ende is gebuert in April 1607, tsmorgens vroech ontrent 4 vren willende gaen spitten ofte graven om Coollen te planten ; ende heeft op het eynde van zynen hoff hert by de heeren straete de 2 ofte 3 scup steecke die hy in deerde stack gerencontreert desen scatt, in een potteken van eerde de forme van een snelleken onde rende boven even wyt sonder oore nochtans eenen voet diep in de eerde : Welck potteken is in scerven gevallen, de stuecken waeren heel zwert : de quantiteyt wilt hy qualiyck bekennen, dan men cander hem naer rekenen 800 ofte 900 stucken, men segt dat se styff 7 gulden 10 stuyvers in goudt weert zyn, worden 10 gulden nou vercocht ende qualyck te crygen daer zynder 80 stucken tot Aelst in een handt : hy heefter my eenige af toegesegt : te weeten 2 oft 3 tot een memorie (te) bewaeren ; van Faustina hebber een af gesien ; dit dorpken is hert by een rivierken gelegen jae daer op genaempt de Dender. Monsr Cooll by gevalle is mij in de handt gevallen de effigie van den persoon (ide v l niet alleen om het maescap, maer veel meer andere om zyn geleertheyt ende hooge naem, altoos geert hebben) ende gelyck de memorie ende representatie van tgene dat excellent is altoos verweekt ende de medalien niet alleen (naer myn 00botticheyt) om den ouderdom en worden geexstimeert (dwelek wel de meeste redene is) maer oock eensdeels om de weerdicheyt van den persoon die zy vertoonen ; soe en hebbe niet connen gelaten v l te seynden de effigie van v l oom den geleerden Ortelius Saliger ; hoe wel ick niet en twyffele v l en heeften al frayer ende beeter, dan desen en hadde v l niet : v l sal dit in dancke nemen [3 ou 4 lettres illisibles] mij het is een cleyn memoricken van cleynen valleure in silver, maer hier wel geexstimeert om den persoon : wy zyn al meer in v l geobligeert” (Leiden, Universiteitsbibliotheek Leiden, MS BPL 2755; Hessels 1887, no. 347, p. 820-823; Scheller 1978, p. 40).

References

  1. ^  Hessels, J.H. (1887), Abrahami Ortelii (geographi Antverpiensis) et virorum eruditorum ad eundem et ad Jacobum Colium Ortelianum (Abraham Ortelii sororis filium) epistulae cum aliquot aliis epistulis et tractatibus quibusdam ab utroque collectis (1524-1628) ex autographis mandante ecclesia Londino-Batava, Cantabrigae. Reprint: Osnabrück, O. Zeller, 1969.
  2. ^  Scheller, R. W. (1978), Nicolaas Rockox als oudheidkundige, Anvers.
  3. ^  Callataÿ, Fr. de (2017), “Glory and misery of Belgian numismatics from the 16th to the 18th c. as seen through three milestones (Goltz 1563, Serrure 1847 and the Dekesels) and private correspondences”, in J. Moens (ed.), 175 years of Royal Numismatic Society of Belgium. Proceedings of the Colloquium ‘Belgian numismatics in perspective (Brussels, 21 May 2016’), Brussels, pp. 37-129.